Winterbloeiers

Winterbloeiers

Wanneer mis je iets het meeste – als het er niet is en je er wel naar verlangt. Zoals nu naar een bloeiende tuin of wegbermen vol fluitenkruid, een overdadig paars, zondoorstoofd heidelandschap of één enkele, verrukkelijk geurende, versgeplukte roos. Dat is er ’s winters allemaal niet. De natuur houdt haar adem in, maar toch strooit ze nog met kleine juwelen. Om intens van te genieten: winterbloeiende vasteplanten zoals kerstrozen, viooltjes en winterakonieten. Maar er zijn ook meer winterbloeiende heesters dan de meeste mensen weten. Heesters die zich niets aantrekken van de kou en soms subtiel, maar vaak zelfs uitbundig hun bloemen openen. Daarop willen we hier graag de aandacht vestigen. Winterbloeiers zijn een rijk bezit!

Winterbloeiers, een paar kleurrijke suggesties
Hazelaars (Corylus) kent iedereen. Het zijn bomen of hoge struiken. Ook de kronkelhazelaar met zijn bizarre takken hoort erbij. De verschillende soorten en rassen bloeien met gele katjes die als kattenstaartjes bengelen in de wind en wolken stuifmeel afgeven. Voor iedere, normale, iets vochtige tuingrond.
Winterheide (diverse soorten Erica) is er in tientallen cultivars met rode, roze, witte, paarse en lila bloemkleuren. Bovendien wintergroen, zelfs geel blijvend loof komt voor. 
De vroeg bloeiende Fuji-kers (Prunus incisa ‘Februari Pink’) bloeit met grote, roze bloemen  en straks loopt zijn blad uit in een lichtoranje tint. Prachtig, zowel nu als straks. Een Japanse kers die Prunus subhirtella ‘Autumnalis’ heet, kan de hele winter bloeien met halfgevulde, roze naar wit verblekende bloempjes.

Kleurige en geurige winterbloeiers
Sneeuwballen (Viburnum) zijn er ook winterbloeiend. Viburnum × bodnantense ‘Dawn’ bloeit met geurende, roze bloemen aan kale takken. Viburnum tinus (bijv. de mooie ‘Eve Price’) bloeit met schermen witte bloempjes tussen het blijvende, glanzende, groene blad.
Toverhazelaars (Hamamelis) bloeien aan de kale takken. Hun spinachtige bloemen kunnen allerlei gele tinten hebben, maar ook bruin, oranje, rood of nog anders bloeien. En ze geuren verrukkelijk. Voor iets zure grond. De struiken kunnen wel 4 m hoog worden.
Dé winterbloeier (zo heet hij echt) is Chimonanthus praecox (ook wel meloenboompje genoemd). Een tot 2,5 m hoge struik die aan z’n kale takken tijdens mooi winterweer zoet geurende, gele bloempjes met een paars hart laat uitlopen. Een juweel! Voor voedzame tuingrond.
Geurende struikkamperfoelie (Lonicera fragrantissima) bloeit nu met kruidig geurende witte tot lichtgele bloempjes. Voor voedzame, iets vochtig blijvende tuingrond.
Peperboompje (Daphne mezereum ‘Rubra’) heeft een rijke, zeer sterk geurende, roze bloei.
Hebben we u op een idee gebracht? Er is nog veel meer moois: kijk ook eens bij Sarcococca, heel vroeg bloeiende Rhododendron (incl. azalea’s; R. dauricum ‘Midwinter’ zegt genoeg), Garrya, Mahonia , Sycopsis enz. Stuk voor stuk prachtplanten.

Zo doen ze het en staan ze mooi
Veel winterbloeiers trekken het vocht uit hun bloemen terug zodra het gaat vriezen – dan stopt de bloei even – maar zodra de temperatuur weer hoger wordt, gaat dat vocht retour en bloeien ze weer vrolijk verder. Plant winterbloeiers op plekken waar u ze goed kunt zien (ook vanuit huis) en waar u ze in het langslopen kunt ruiken.

Toverhazelaars (Hamamelis) in soorten 
Er zijn drie belangrijke soorten toverhazelaars: de Japanse toverhazelaar (Hamamelis japonica), met gele, licht geurende bloemen, kan heel hoog worden (wel 5 m) en zelfs een kleine boom met dunne takken vormen. Het blad van deze grote soort verkleurt in het najaar prachtig bronsgeel. De Chinese toverhazelaar (Hamamelis mollis) blijft kleiner (tot 3 m) maar heeft tijdens het groeiseizoen groter blad en bloeit (hoofdbloei in januari) met grotere, sterker geurende bloemen.

De meeste toverhazelaars voor de tuin zijn kruisingsproducten tussen deze twee soorten. Van die kruisingssoort (Hamamelis × intermedia) bestaan tientallen cultivars die qua bloeitijd kleine variaties te zien geven (tussen december en maart), maar een rijke keuze aan bloemkleuren bieden: ‘Arnold Promise’ bijvoorbeeld bloeit donkergeel, ‘Diane’ rood, ‘Jelena’ bruinoranje, ‘Orange Peel’ lichtoranje, ‘Pallida’ zwavelgeel, ‘Ruby Glow’ bruinrood en  ‘Orange Beauty’ oranjegeel.

Ze vormen allemaal de bekende spinachtige bloemen die tijdens vorst even ‘de adem inhouden’, maar daarna weer vrolijk verder bloeien. Deze toverhazelaars worden via de wind bestoven. Van de meeste cultivars verkleurt het groene blad in het najaar rood, oranje of geel voor het afvalt.

Winterjasmijn (Jasminum nudiflorum) 
De winterjasmijn kan het beste tegen een achtergrond worden geleid. Deze heester komt oorspronkelijk uit China, waar hij met zijn lange, flexibele takken en twijgen tegen rotswanden op groeit. De lange bloeiperiode van de winterjasmijn– die al in december begint – kan soms wel tot in april duren.

De winterjasmijn groeit en bloeit zelfs goed voor een noordmuur, maar op een zonnige plek is de bloei het rijkst. U kunt de winterjasmijn ook over hellingen of lage muurtjes laten kruipen of poorten en deuren laten omlijsten. Gewone tuingrond is prima, zolang daar niet te veel kalk in zit. De talloze bloemen die maar blijven verschijnen, zijn stervormig en geel. Het blad van de winterjasmijn, dat in het voorjaar verschijnt, is donkergroen en het glanst.

Winterjasmijn kan heel goed tegen industrie- en stadslucht. Zorg vragen deze struiken nauwelijks, speciale voeding is niet nodig. Eén advies: bind de groeiende takken en twijgen regelmatig aan. U kunt bloeiende takken van de winterjasmijn afknippen (natuurlijk niet te veel) en in bloemschikkingen verwerken.

Verzorging 
Geef zowel toverhazelaars als winterjasmijn voldoende groeiruimte, want vooral toverhazelaars worden niet graag gesnoeid. Dat gaat ten koste van de bloei. Toverhazelaars zijn echte onderhoudsarme struiken.

Een toverhazelaar groeit langzaam en liefst (net zoals de winterjasmijn) in pH-neutrale of zelfs iets zure grond. Zowel toverhazelaars als winterjasmijn niet met kalkhoudende meststoffen (zoals beendermeel) voeden. Laat de grond bij de wortels met rust.

Winterbloeiers 
Naast toverhazelaars en winterjasmijn zijn andere winterbloeiers bijvoorbeeld: de gele kornoelje (Cornus mas), de witte forsythia (Abeliophyllum distichum), Prunus subhirtella ‘Autumnalis’ die al vanaf november kan bloeien met wit/roze bloempjes, winterheide (Erica carnea) en bitterzoet (Chimonanthus praecox). Bij de vaste planten is de kerstroos (Helleborus niger) de bekendste winterbloeier.

Soorten heesters
Over enkele bijzondere soorten heesters die doen wat we beloven. De heesters zorgen voor kleur en geur tijdens de wintermaanden. De eerste die we noemen is Skimmia japonica ‘Rubella’, een mannelijke cultivar van deze groenblijvende heester dat de hele winter door dikke trossen dieprode knoppen draagt die fraai afsteken tegen het leerachtige, warmgroene blad. Tijdens windstille winterdagen kunt u de zoete geur van deze Skimmia ruiken. Door strenge kou wordt de kleur nog dieper en krijgen ook de bladeren een rode rand.

Als deze Skimmia in maart/april open bloeit kan hij vrouwelijke Skimmia’s bestuiven. Zo’n vrouwelijk ras is bijv. Skimmia japonica ‘Nymans’ dat wit bloeit en daarna keiharde, felrode bessen vormt die heel lang aan de plant blijven omdat de vogels ze deze bessen niet lusten. Een andere, zeer bekende Skimmia japonica met bessen is ‘Veitchii’.  De eveneens vrouwelijke cultivar ‘Kew White’ vormt witte bessen. De Skimmia japonica ‘Fragrant Cloud’ geurt extra sterk.

Bloemen en bessen
Skimmia reevesiana is een heester uit China dat maar 50 cm hoog wordt, maar deze soort is van nature tweeslachtig. Hij kan dus zichzelf bestuiven, waardoor iedere plant na de bloei (wit, in mei) bessen vormt. Die rijpen in de herfst en ze zijn donkerrood. Ook bij deze Skimmia blijven ze heel lang aan de struikjes. U kunt ze nu met hun kleurige bessen kopen.

In de natuur is nooit iets voor honderd procent geldig. Er zijn altijd uitzonderingen: zo komt het dat er van deze Skimmia toch een mannelijke cultivar bestaat, ‘Ruby King’ die dus geen bessen vormt, maar wel de hele winter mooie rode bloemknoppen toont.

Bergthee (Gaultheria procumbens) is een kleine, kruipende, wintergroene en bodembedekkende heester uit Noord-Amerika. Deze heester wordt niet hoger dan 15 cm en heeft leerachtig, glanzend, groen blad. Bergthee bloeit in juli-augustus met witte bloempjes (maar heel onopvallend) waarna kogelronde, rode bessen worden gevormd die ook bij deze soort lang aanblijven.

Verzorging
Al deze heesters doen het uitstekend op een licht beschaduwde plek. Maar wel in kalkarme grond. Normale potgrond is prima, heideplantengrond is beter. Snoei is eigenlijk nooit nodig, maar de kleurrijke takken met blad en knoppen of bessen worden wel heel graag in kerststukjes verwerkt.

Mooie combinaties
De genoemde heesters zijn erg fraai samen met andere, kleine, zure grond minnende planten zoals dwergconiferen, winterheide, maar ook een combinatie met een Helleborus-soort (bijv. de kerstroos, H. niger) is heel mooi.

 

Bron: Tuinplant.nl en PPH